Verslag oeverzwaluw

2022

Oeverzwaluwwand op 't Noasman in Beltrum

Op 19 april 2022 werden de eerste oeverzwaluwen gezien bij de oeverzwaluwwand op 't Noasman in Beltrum. Wat later begonnen zij ook met het graven van nestgangen. Helaas hebben ze dit niet doorgezet en zijn ze ook niet tot broeden gekomen. Rond 10 mei hebben we daar voor het laatst oeverzwaluwen zien vliegen. Waarom ze zijn vertrokken is een raadsel. Was het droogte en/of voedseltekort? Het blijft giswerk.

 

- Het gebruikelijke onderhoudswerk is dit jaar gepland voor eind februari 2023. Zoals gewoonlijk zal alles worden gemaaid en ‘afgevoerd’ naar de bosrand.
De enkele uitgegraven gangen zullen worden opgeschoond en met nieuw zand worden opgevuld.
- Op 2 febr. 2023 hebben enkele vleermuisdeskundigen de vleermuisbunker achter de oeverzwaluwwand weer onderzocht. Hierbij werden 5 grootoorvleermuizen en 3 franjestaarten gevonden.

 

Overige Oeverzwaluwen
- Tijdens de zwaluweninventarisaties (boeren- en huiszwaluwen) is er melding gemaakt van een broedkolonie op een agrarisch bedrijf aan de Diepenheimseweg in Neede. Daar werden in een berg zand ongeveer 20 nestgangen van de oeverzwaluwen aangetroffen. Ook zijn er aan de Modijk in Ruurlo 3 nestgangen gemeld.

2021

In 2021 hebben er zo’n 33 paren oeverzwaluwen gebroed in de oeverzwaluwwand op 't Noasman in Beltrum.De grote zandbult waar ze vorig jaar in hebben gebroed was nu op tijd afgegraven. Op donderdag 25 november 2021 is er door 4 leden onderhoud gepleegd aan deze wand en de vleermuisbult. Alles is gemaaid en ‘afgevoerd’ naar de bosrand.
De uitgegraven gangen moeten eind maart nog worden opgeschoond en met nieuw zand weer worden opgevuld.
Een paar jaar terug is er geopperd om de plas tot op een paar meter voor de wand te verdiepen zodat ook in droge zomers, vlak voor de wand, water blijft staan. Hiervan zien we vooralsnog vanaf, i.v.m. mogelijke nadelige gevolgen voor de stabiliteit.
Op 2 febr. 2022 hebben enkele vleermuisdeskundigen een inventarisatie gedaan in de bunker achter de oeverzwaluwwand op ’t Noasman. Hierbij werden 2 grootoorvleermuizen en 4, vrij zeldzame, franjestaarten ontdekt.
Jammer genoeg lopen deze aantallen nog niet echt op. Er is toch veel tijd en moeite gestoken in dit vleermuisgedeelte en hadden we gehoopt op meer succes (qua inwoneraantal)

 

 Overige Oeverzwaluwen
Geen meldingen gehad van andere kolonies.

2020

Ook dit jaar hebben er, net als in 2019, geen oeverzwaluwen in onze wand gebroed. Wel elders op het terrein (bij de 'gracht') waar helaas nog een hoop zand was blijven staan na het verbreden en verlengen hiervan. 
Hierin hebben tegen de 100 broedparen gezeten. Hoeveel er succesvol waren is moeilijk te zeggen. Op een gegeven moment zijn er gedeeltes van de bult ingezakt, afgegleden. door de droogte.
Jammer dat het zand niet op tijd was afgevoerd, maar er is in ieder geval gebroed bij Nahuis.
Bij Scharenborg in Beltrum, waar vorig jaar door zo'n 26 paar is gebroed, was de zandbult op tijd afgevlakt, zodat ze daar niet meer konden broeden.
Hopelijk volgend jaar beter.

Begin december hebben we met een 5-tal mensen de begroeiing op de bult boven de Oeverzwaluwwand/ vleermuiskelder, afgemaaid en naar de bosrand afgevoerd.

 


De weersomstandigheden waren goed, fris maar droog en geen wind.
We zijn iets na 9:00 uur begonnen. Een paar mensen met het verwijderen van opslag van een paar boompjes. Henk begon met zijn maaibalk op de bult en ik met de striemer de strook dicht langs de muur en bij de stenen. Harrie Stegers ook op de bult maar dan met de bosmaaier.
Helaas begaf de maaibalk het vrij snel. Boosdoener, de V-snaar, en daar was niet direct een vervanging voor. Dus heeft Henk even zijn eigen bosmaaier opgehaald.
Een stukje riet aan de zij- en achterkant hebben we laten staan voor de diversiteit van de begroeiing aldaar. Het maaisel is allemaal afgevoerd tot in de bosrand en aan hoopjes gezet. Hier kunnen ook weer allerlei levensvormen gebruik van maken. Tegen 11:30 uur was het werk gedaan.
Daarna zijn Henk en ik nog even de vleermuiskelder door geweest op zoek naar vleermuizen. Vrijwel direct in het eerste stuk vonden we er eentje in een baksteen (bovenin een duiker gelijmd). Verderop vonden we er weer twee hangend aan de stalrooster van het dak. Weer een vakje verder hingen er ook nog drie. In het tweede deel (achterste stuk) konden we er geen meer vinden. Het waren allemaal gewone grootoor vleermuizen. En Bas Voerman kon het daar aan de hand van een paar foto's mee eens zijn. Hij verwacht dat de vleermuizen nog verder de kelder zullen intrekken.

 De kelder was droog op wat vochtdruppels na, die aan de (dak-)roosters hingen.In het begin zag ik bij de deur nog één kleine watersalamander. Bij het maaien hebben we deze niet gezien en ook geen kikkers. Dat is waarschijnlijk te danken aan het feit dat we nu een week of 4 à 5 later waren dan in vorige jaren.

 

 

2019

Werkgroep oeverzwaluwen– en ijsvogelwanden 2019 (Alex Visser)

In 2019 hebben er, tot onze teleurstelling geen oeverzwaluwen gebroed in de oeverzwaluwwand op 't Noasman in Beltrum. Wel werd er met 22 nestgangen gebroed, in een (zwart) zanddepot in Beltrum, bij ’n loonwerker in Beltrum. Deze hoop zand was voorjaar 2019 steil afgegraven en zo blijven staan. De zwaluwen hebben hier dus weer de voorkeur aan gegeven. Voor het broedseizoen van 2020 zal het zanddepot door de eigenaar zelf worden ‘afgevlakt’, zodat het ongeschikt is als broedlocatie.
- Op woensdag 30 oktober 2019 is er door 4 leden onderhoud gepleegd aan deze wand en de vleermuisbult. Alles is gemaaid en ‘afgevoerd’ naar de bosrand. Een klein deel van de voorwand is donker (roetveeg-zwart) gemaakt om eens te kijken of de zwaluwen hier misschien een voorkeur voor hebben.
- Op 30 oktober is ook geopperd om de plas tot dicht bij de wand door te trekken en of te verdiepen. De bedoeling en de hoop hierbij is dat er, ook in droge zomers, vlak voor de wand, water blijft staan. Over de mogelijkheden en de kosten voor uitvoering, zal met de fam. Nahuis worden overlegd.
- Aan een nieuw infobord wordt nog gewerkt. Dit zal voorjaar 2020 klaar moeten zijn.
- Op 8 febr. 2020 hebben enkele vleermuisdeskundigen een inventarisatie gedaan in de bunker achter de oeverzwaluwwand op ’t Noasman. Hierbij werden 6 grootoor-vleermuizen en 4 franjestaarten ontdekt. Van de leefwijze, van deze voor Nederland, vrijzeldzame franjestaarten is nog lang niet alles bekend. (zie https://www.vleermuis.net/vleermuis-soorten/franjestaart of https://www.zoogdiervereniging.nl/zoogdiersoorten?filterterm=197 voor meer info)

Overige Oeverzwaluwen
- Net als in eerdere jaren hebben er aan de Hoonesweg in Eibergen, ook weer Oeverzwaluwen in de zandhoop gezeten. Dit jaar waren dat 14 broedparen. (24 in 2018 en 9 in 2017). De bewoners houden deze zandhoop zelf in stand.
- Een derde, nieuwe, broedlocatie was er dit jaar in Ruurlo, aan de Hofteweg. Hier werden 3 nestgangen gegraven en gebroed in een hoop geel zand. We moeten nog bekijken of dit als een eenmalige broedlocatie moeten gaan zien.

2015
Oeverzwaluwwand annex vleermuiskelder op landgoed ‘Het Noasman’ dit seizoen een succes.

 


Ook de IJsvogel heeft er een nestgang in gebruik.
Nadat de oeverzwaluwwand eind april 2012 helemaal klaar was, mochten we er tot dit seizoen nog geen nestelende oeverzwaluwen begroeten. In 2012 en 2014 waren ze af en toe wel aanwezig, maar het bleef bij wat pogingen om in het zand nestgangen te krabben.

In het najaar van 2014 werden bij vleermuis-inventarisaties bij de vleermuiskelder o.a. de Water- en de Bruine (gewone) Grootoorvleermuis waargenomen. Deze laatste heeft ook daadwerkelijk in de kelder overwinterd, zoals het volgend bericht van Bas Voerman weergeeft. “We hebben de kelder goed onderzocht en hierbij 5 bruine grootoorvleermuizen aangetroffen en een 4-tal kleine watersalamanders. Dus een mooi resultaat!!!!”
Voor de Oeverzwaluwen moesten we dus tot 2015 wachten voordat er echt nestgangen werden gegraven. Drie weken geleden (half juni) zag Rob Papendorp voor het eerst dat er twee Oeverzwaluwen uit een gat van de wand vlogen. Één week daarvoor had Willie Smeenk reeds twee IJsvogels een nestholte zien binnenvliegen, waarna er maar één weer uitvloog.
Zaterdag 27 juni telde Alex Visser er al 13 nestgangen die werden aangevlogen door Oeverzwaluwen. Ook de IJsvogel vloog er op dat moment regelmatig rond. Uiteindelijk was te zien dat ook hij, met een visje in de bek, in een open nestgang verdween. Na dit gezien te hebben, heeft Alex een aantal mensen hierover geïnformeerd.
Donderdagmorgen 2 juli, hebben we met een 7-tal mensen dit heuglijke feit met elkaar aanschouwd. Gewapend met een paar papieren kopieën van de wand zijn de bezette nestgangen ingetekend. Nu kwamen we uit, op een aantal van 16 broedparen Oeverzwaluwen en dus ook het ene paartje IJsvogels.Al met al een geweldige opsteker voor alle mensen die aan de bouw van dit geheel hebben meegewerkt.

Meer foto's: Klik hier

De bouw was mogelijk gemaakt door een bijdrage uit het RABO-coöperatiefonds en van Vogelbescherming Nederland uit het IJsvogelfonds.

Aan de Bosmanweg (Beltrum) zijn in 2015 21 paartjes oeverzwaluwen geteld, aan de Honeschweg (Eibergen) zijn er 16 geteld.

Bankje bij oeverzwaluw- en ijsvogelwand

 


Op verzoek van projectgroep ‘IJsvogel en Oeverzwaluwwanden’ is bij de oeverzwaluwwand locatie ‘Het Noasman’ een extra bank geplaatst. Deze is hier begin april 2015 neergezet door leden van de ‘stichting Kerkepaden Beltrum’. Wij zagen dat het enige bankje recht tegenover de wand, regelmatig bezet was en dat er vaak meerdere mensen op zoek waren naar nog een zitplaats. Onze wens was om een tweede bank te plaatsen, schuin links voor de wand. De ‘stichting Kerkepaden Beltrum’ had nog een bankje in depot staan. Voor een vergoeding van VWG heeft deze stichting het bankje opgeknapt en geplaatst. Deze staat er nu dus naast en wat dichter bij de oeverzwaluwwand. Hierdoor is er nu een nog mooier zicht op het geheel.

 

Zeker nu ook de Oeverzwaluwen en de IJsvogel voor het eerst hier zijn gaan nestelen. (Zie nader bericht)

 

Projectgroep ‘IJsvogel en Oeverzwaluwwanden’

 

2013

Download hier het verslag van de werkzaamheden aan de wand Hambroek in maart 2013

 

 

2012

 

In 2012 is de zwaluwenwand geopend aan de Meenweg 4 te Beltrum.
Hieraan is gewerkt van september 2011 tot maart 2012

Download hier de weblog die bijgehouden is van sept 2011 tot maart 2012.
Bekijk hier de foto's die gemaakt zijn tijdens de aanleg van deze wand.

 

 

2011

In 2011 is gestart met de bouw van de oeverzwaluwwand en de vleermuiskelder in Beltrum.
Download hier het bouwplan voor de oeverzwaluwwand en de vleermuiskelder.

Download hier de beschrijving van de oeverzwaluwwand/vleermuiskelder.

 

 

2010

In november 2010 won de VWG Eibergen met de tweede plaats van de zes genomineerden 6000 euro uit het Rabo-coöperatiefonds.Daarnaast hebben we op 14 juni 2011 een bijdrage gekregen uit het IJsvogelfonds van 2500 euro. Dit fonds is ingesteld door Vogelbescherming Nederland en de Nationale Postcode Loterij.

 

 

 

 

2008

In 2008 kwamen de oeverzwaluwen terug aan de Meenweg met als gevolg dat er 18 nestgangen werden uitgegraven. Omdat het zand op die plek niet kon blijven liggen, kwamen wij op het idee om een permanente Oeverzwaluwwand te maken bij de waterplas. Ook de heer Tonnie Nahuis was direct voor het idee te porren en werkte enthousiast mee. Bas (Voerman) opperde op een gegeven moment dat we dan in de bult zand achter de zwaluwwand, ook wel een vleermuiskelder zouden kunnen maken.
En zo werd het idee geboren om een vaste Oeverzwaluwwand met daarachter een Vleermuiskelder te bouwen.  

 

2007

In het najaar van 2006 tot in het voorjaar van 2007 is er bij de familie Nahuis aan de Meenweg een natuurterrein aangelegd. Tegelijkertijd is een groot deel van de Leerinkbeek langs de Deventer Kunstweg verlegd naar zijn oude stroomgebied, de Oude Leerinkbeek. Hierdoor is een heel mooi natuurgebied ontstaan tussen de Deventer Kunstweg, via de Meenweg naar de Eibergseweg tot aan de voormalige vuilstort ‘het Bellegoor’. 
In 2007 was er nog een hoop geel zand in depot blijven liggen. Gelijk zaten hier in juni al een zestal nestgangen van de Oeverzwaluw in. Zij graven namelijk met hun pootjes en snavel een hol van 60 tot 80cm diep in steile zandwanden.