Patrijs - beschrijving


foto: Ad Postma

Patrijzen zijn standvogels van open agrarisch gebied, heidevelden en hoogvenen. Oorspronkelijk waren het steppebewoners, maar de soort heeft zich erg goed aangepast aan het leven in kleinschalig agrarisch landschap. In Nederland komt de soort verspreid voor. Akkerland is het meest in trek, vooral als dit wordt afgewisseld met ruige dijken, slootranden, wegbermen en houtwallen. Patrijzen eten zowel plantaardig als dierlijk voedsel, maar de jongen leven de eerste weken louter van insecten en ander klein gedierte.  De aantallen patrijzen nemen, door schaalvergroting in de landbouw, dramatisch af.


foto: Ad Postma

Kenmerken

De patrijs is 28-32 cm. Het is een compacte, goed gecamoufleerde vogel met een bruin en grijs gestreept kleed. Keel en gezicht zijn oranjebruin en op de buik zit een grote donkerbruine vlek. Tijdesn de vlucht valt de roodachtige staart op. De snavel is klein en grijs, de poten zijn kort, geelbruin.
Ze leven in kleine groepen. Bij onraad kruipen ze weg, soms vliegen ze op. Ze vliegen met een snelle vleugelslag, afgewisseld met korte glijpauzes.